De Veluwe


Het Veluwe-massief is een uitgestrekt dekzandgebied dat omzoomd wordt door stuwwallen die uit de voorlaatste ijstijd dateren.
In die tijd rukte het landijs op tot het midden van ons land. De stuwwallen ontstonden daar waar de ondergrond omhoog werd gedrukt door de vooruitstekende lobben van het ijs. Toen het ijs was verdwenen raakten de gebieden daartussen opgevuld met dekzand . Het Veluwe-massief heeft altijd aantrekkingskracht uitgeoefend op de mens vanwege zijn hoge ligging en centrale positie. De grond is weliswaar niet zeer vruchtbaar, maar bood voldoende mogelijkheden voor een eenvoudige vorm van akkerbouw.
Het zandige landschap van de Veluwe is echter zeer kwetsbaar. Dat kwam in de loop van de vroege Middeleeuwen pijnlijk aan het licht. Omdat het gebied steeds intensiever werd gebruikt verarmde de bodem. Geleidelijk aan verdween de vegetatie en kreeg de wind vat op het zand.


Kaart van mijn favoriete deel van de Veluwe. Op deze kaart staan geen plaatsnamen vermeld, maar de gemeentenamen.

Beenbreek.
Tussen de zevende en de negende eeuw hield men zich hier intensief bezig met de productie van ijzer, dat hier van nature voorkomt en vrij gemakkelijk kan worden gewonnen (zie ook Apeldoorn). Voor de smeltovens was zeer veel hout nodig.
Door de massale kap van bomen werd het proces van bodemerosie zodanig verergerd dat we gerust van 'woestijnvorming' mogen spreken. In de tiende eeuw ontvluchtten de meeste mensen het gebied. Onder hetVeluwse zand liggen dan ook resten van verlaten dorpen, akkers en begraafplaatsen (Kootwijk en Vasse).


Zonnedauw.
Van hoger gelegen delen toegestroomd regenwater vormde in de lager gelegen delen vormde in deze zandlaag toen meertjes. In deze meertjes groeiden jaren achtereen mossen en waterplanten. Ze stierven af, en op de resten groeiden weer nieuwe planten. Zo ontstond een laag veen die zo dik werd dat het de moeite waard werd om turf te steken. De honderden veenputten die de turfwinning heeft achtergelaten, staan nu vol met water. Langs de randen groeien zeldzame planten als beenbreek en het vleesetende plantje zonnedauw.

 
Het was hard werken op de zandgronden. Met zuinigheid en vlijt bouwde men een karig bestaan op. Burenhulp en huwelijkstrouw waren overlevingsstrategieën. Solidariteit gaf zekerheid. Een houvast dat men ook vond in de deelname van marken of maalschappen, het exclusieve recht van het gebruik van gronden, bossen en heidevelden of het horig zijn aan een Heerlijkheid. Boeren, landarbeiders en schaapherders tekenden een specifiek Veluws karakter, dat van een ingetogen rechtschapen mens, die geleerd heeft terdege rekening te houden met de natuurelementen. Zijn meest simpele behuizing, het eenvoudige plaggenhutje, is van heidevelden verdwenen. Veel van de oude landarbeidershuisjes zijn gerenoveerd en herschapen in comfortabele eigentijdse woninkjes. Maar de Veluwse boerderij in haar meest elementaire vorm heeft zich gehandhaafd. We vinden ze in allerlei oorspronkelijke types nog steeds terug in het landschap.


Zoom- of locomotiefhuisje.
door deze pagina te bezoeken gaat U accoord met de disclaimer